Alsof

“Wat ben jij irritant.” Doorheen zijn brilglazen staren twee diepblauwe ogen me aan. Normaal ben ik supergevoelig voor kritiek op mijn persoontje, deze keer kan ik echter een brede grijns niet onderdrukken. Goed bezig! Die avond ben ik namelijk mezelf niet. Vanavond ben ik Remco. Met een cowboyhoed op slenter ik wijdbeens, in mijn beste imitatie van een mannenloop, door de zaal. Mijn gezicht is vertrokken in een ongeïnteresseerde- laat me met rust- blik. Net nog steeg een diepe bulderlach vanuit mijn keel op. Tijdens het spreken lukt het me mijn stem enkele toonaarden te laten dalen.
We zitten nu in een kring. De docente heeft het hoofddeksel van een legerofficier op. Ze spreekt ons streng toe. We moeten allen samenwerken, de maatschappij heeft ons nodig. Daar heeft Remco geen oren naar. Hij is liever lui dan moe. Te pas en te onpas trakteert hij zijn gezelschap op zijn levenswijsheden: “het is beter je doodgelachen dan je doodgewerkt te hebben.”
Het is tijdens dit rollenspel dat mijn medecursist de opmerking maakt over het gehalte aan irritatie dat mijn personage opwekt. Dat is een groot compliment. Remco is namelijk gewoon een irritante vent… Zijn reactie past bij het personage dat mijn medecursist speelt; een meneer met een bolhoed uit de hogere klasse die het niet heeft voor de gewone, wat ordinairdere mensen als Remco. De “discussie” gaat verder. Ook de oudere vrouw (een medecursist met een bloemenhoedje op) en een zekere Eddy (met een hoofddeksel dat niet zou misstaan bij een fervente voetbalsupporter) mengen zich erin.
Ik ben in mijn sas. Beleef enorm veel plezier. Het is even schrikken voor mezelf hoeveel ik als Remco wel durf te zeggen in groep. Het lijkt wel alsof ik even verander in een ander met die cowboyhoed op. Mijn verlegen kant is onderdrukt en ik durf met iedereen contact te maken. Mezelf uitdagen, even uit die comfortzone stappen. Dat was het doel van mijn deelname aan de toneelcursus. Het moet gezegd: dat is aardig gelukt tot nu toe. De zenuwen vlak voor iedere les blijven steevast aanwezig. Maar ze verlammen me niet. Ze geven me de kracht het beste van mezelf te geven. Ze motiveren me wanneer we moeten doen alsof we door water waden en ik mij voortbeweeg in slow motion. Wanneer we moeten doen alsof we op ijs stappen en ik verschillende malen doe alsof ik net niet val. Wanneer we zogezegd ijskoud hebben en ik me al rillend naar de overkant van de zaal begeef.
Op het einde van de cursus moeten we ook als ons personage afscheid nemen. Met een luide “Yo!” verlaat ik de ruimte. Buiten zet ik de cowboyhoed af en adem de frisse buitenlucht in. Ik stap op mijn fiets en rij huiswaarts. In mijn hoofd herbeleef ik de momenten van de toneelcursus opnieuw. Er daalt een zekere trots op mij neer. Deze dagdroom wordt bruusk verstoord door een auto die mij de pas afsnijdt. De bestuurder maakt een verontschuldigend gebaar terwijl hij mijn voorrang afsnoept.
Ik glimlach braafjes.
Diep in mij vloekt Remco.
Reactie plaatsen
Reacties